In protestantse gemeenten is soms een enorme verlegenheid om het goede nieuws naar buiten te brengen, weet dr. Sake Stoppels, docent van de missionaire opleiding Kerk naar buiten. “Veel voorgangers willen wel, maar weten niet altijd hoe ze de gemeente mee kunnen krijgen.” De missionaire opleiding geeft predikanten en kerkelijk werkers handvatten om hun gemeenten te begeleiden missionair te zijn in eigen dorp of wijk.
Last van de krimp
Voorgangers zien zich vaak niet als ‘leider’ van een gemeente. Het woord zelf scoort ook niet zo goed in de kerk. Toch hebben ze die rol wel, vindt Stoppels. Hij zal als docent de startmodule ‘Leiderschap bij verandering’ geven. “Naast de verlegenheid om het evangelie buiten de kerkmuren te brengen, hebben veel gemeenten letterlijk last van de krimp. De eigen ‘tent’ overeind houden kost al veel energie.”
Je gemeente voor gaan
De missionaire opleiding Kerk naar buiten helpt predikanten en kerkelijk werkers de blik naar buiten te richten. De opleiding gaat dit najaar weer van start met drie online startmodules. In de tweede startmodule maak je kennis met theologische en veranderkundige theorievorming rond leiderschap bij verandering. Vanuit deze invalshoeken bekijk je samen wat missionair leiderschap betekent en hoe dat in jouw werkcontext vorm kan krijgen. Ook onderzoek je hoe je de gemeente voor kunt gaan in het verder ontwikkelen van een missionaire cultuur.
Een liefdevolle beweging
Ds. Elly Wisselink volgde het verdiepingsjaar van de missionaire opleiding. Ze is predikant in de Protestantse Gemeente Dedemsvaart en merkt dat ze het geleerde direct kan toepassen in haar werk in de gemeente. “Je wilt met het evangelie naar buiten, maar je merkt de kramp die er is. In de opleiding wordt krachtig onder woorden gebracht dat je dat niet zelf hoeft te doen: God ís al in de wereld. Er is al een liefdevolle beweging aan de gang, wij mogen daaraan meedoen namens God, naar anderen toe. Dat vond ik zo bevrijdend.”
Mijn ogen geopend
Ds. Wisselink volgde vorig jaar de startmodules en was direct enthousiast. “De opleiding is helemaal zoals ik had gehoopt en verwacht. Bijna de hele groep stroomde door naar het verdiepingsjaar. We krijgen veel informatie en er wordt uitgebreid ingegaan op vragen waar we tegenaan lopen. Ik kan het direct in mijn eigen gemeente toepassen.”
De module ‘leiderschap bij verandering’ sluit heel goed bij jezelf aan, vindt ds. Wisselink. “Je leert hoe je zelf in elkaar zit als het om veranderen gaat. Het opende mijn ogen voor blinde vlekken die ik zelf ook heb als het om veranderen gaat. Ik ben daardoor anders in mijn werk gaan staan. Ik probeer nu samen met mensen meer te kijken naar wat energie geeft dan wat zou horen of moeten. En we hebben ook leren kijken naar wat er wél in de gemeente is en dat te waarderen. Ook daarin probeer ik de mensen mee te nemen. De neiging bij een krimpende kerk bestaat om te somberen, maar er is nog zoveel moois te vinden.”
Een goede manier
Sake Stoppels ziet ook dat er bij voorgangers soms blinde vlekken zijn voor leiderschap, met name bij het missionaire aspect. “Veel voorgangers willen wel, maar weten niet hoe ze de gemeente in zo’n beweging kunnen meekrijgen. Dat is een zoektocht, een missionaire oriëntatie. Stoppels: “In veel gemeenten is een soort huivering voor de buitenwereld, die bedreigend kan aanvoelen. Aandacht voor buiten lijkt een soort concurrentie voor alles wat er ‘binnen’ moet gebeuren. Tegelijk zijn er veel mensen die er wel naar verlangen, er is ook veel missionaire betrokkenheid. Voorgangers krijgen in de opleiding handvatten om dat gesprek in de gemeente te bevorderen en dit proces met liefde en beleid te begeleiden.”
Lage drempel om mee te doen
De startmodules starten in najaar 2023, het verdiepingsjaar begint in september 2024. “De startmodules hebben een oriënterend karakter, je kunt ze in alle vrijheid volgen,” vertelt Stoppels. “Als je ze allemaal volgt, leg je alvast de basis voor het verdiepingsjaar.” De drempel om mee te doen ligt laag.
De startmodules kun je los volgen. Om toegang te krijgen tot het verdiepingsjaar moeten alle startmodules gevolgd zijn. De kosten voor de hele opleiding (startmodules en verdiepingsjaar) bedragen € 4.775,-, het volgen van losse startmodules kost € 260,- per module. Er zijn verschillende manieren om via fondsen, subsidies en vergoedingen een tegemoetkoming in de studiekosten te ontvangen.
Op de foto: ds. Niels Gillebaard | fotograaf: Sandra Haverman