Gert van der Ende (1961) is hoofdkrijgsmachtpredikant. Op 31 oktober spreekt hij in de Protestantse Lezing over ‘oorlog en vrede’. Hij hoopt dat de kerk in deze woelige tijden een vluchtheuvel van inspiratie en bemoediging blijft, een plaats waar een ander perspectief wordt aangereikt.
- studie theologie aan de Rijksuniversiteit Utrecht, gevolgd door de kerkelijke opleiding tot predikant in de toenmalige Nederlandse Hervormde Kerk.
- sinds 2022 hoofdkrijgsmachtpredikant namens de kerken die predikanten gezonden hebben naar de krijgsmacht. Daarvoor was hij ruim 5 jaar operationeel hoofd geestelijke verzorging bij de Koninklijke Marine, en 10 jaar vlootpredikant. Hij begon zijn loopbaan als gemeentepredikant in drie kleine Friese dorpen en in de Hoeksche Waard.
- voelt zich thuis in de breedte van de kerk
Hoe ervaar je je roeping?
“Nadat ik de roeping ervaarde om predikant te worden, liet me dat nooit meer los. Tijdens mijn studie verdiepte ik me in de priester-arbeidersbeweging in Frankrijk. In de jaren 50 hingen priesters hun pij aan de wilgen en gingen in de fabrieken werken; hun antwoord op het feit dat arbeiders niet meer naar de kerk kwamen. ‘Dan gaan wij als kerk naar de wereld van de arbeiders’, dachten ze. Toen de vacature van vlootpredikant voorbij kwam, sloot dat heel mooi aan bij wat mij zo aansprak in deze beweging. Ook als vlootpredikant ben je heel dicht bij de mensen voor wie jij geestelijk verzorger bent. Je deelt in belangrijke mate hun leven.”
Wat heb je nodig om met vrucht en vreugde te werken?
“Vertrouwen! Vertrouwen dat ik op de goede plek zit. Vertrouwen van de collega’s en van de vertegenwoordigers van de kerken die mij in deze functie hebben benoemd.”
Hoe zorg je ervoor dat je niet opbrandt?
“Een rondje op de racefiets werkt voor mij erg ontspannend. De frisse wind om mijn hoofd helpt me om dingen los te laten. Daarnaast heb ik een paar mensen met wie ik kan sparren en lastige dingen kan bespreken. En mijn geliefde schudt me af en toe wakker als ik te veel met mijn hoofd bij het werk zit. Dat houdt me bij de les.”
Welk onderdeel van je werk doe je het liefst?
“Waar ik het meeste energie uit haal, zijn gesprekken met collega's over wat hen inspireert en wat hen vreugde geeft, maar ook waar hun moeite zit. Juist die gesprekken voeren is waarom ik hoofdkrijgsmachtspredikant ben geworden. Het motiveert me ook voor de taken die niet altijd energie geven.”
Welke (na)scholing heb je voor het laatst gevolgd?
“We organiseren regelmatig interne studiedagen voor collega’s. Tijdens de laatste studiedagen hebben Dr. Pieter Vos en Dr. Theo Boer, hoogleraren aan de Protestantse Theologische Universiteit (PThU) met ons gesproken over de traditie van de rechtvaardige oorlog en van de rechtvaardige vrede, een echt inhoudelijk thema. Ook heb ik een paar jaar geleden bij Dr. Klaas Spronk en Dr. Anneke Metz een tweedaagse cursus gedaan over omgaan met de Bijbel, contextueel bijbellezen en bibliodrama.”
Waar kan de kerk haar rol pakken in de verantwoordelijkheid voor onze medemens en voor de schepping?
“De kerk is de plek om troost en bemoediging te ontvangen. Er speelt op dit moment veel in de samenleving. We hebben een rechtse regering met een bepaalde visie op vreemdelingen. Ik denk dat we als kerk ons eigen geluid moeten blijven laten horen. Ik besef dat dat makkelijker gezegd is dan gedaan. In ieder geval moet de kerk niet wegkijken, maar meepraten, meedenken en mensen helpen om er hun eigen gedachten over te ontwikkelen.
Daarnaast houdt het thema ‘oorlog en vrede’ veel mensen bezig. Ik hoop dat er een dialoog op gang komt die mensen helpt om helderheid te krijgen over hoe je naar dit onderwerp kunt kijken. Het is complex. Mag je als christen de wapens opnemen en wat vinden we hier als kerk van? We leven in een gebroken wereld, en we hebben te maken met het kwaad. Is je vijand de linkerwang toekeren het enige antwoord of kun je de ander dusdanig tegemoet treden dat hij geen kwaad meer kan doen? Het is goed om hier met elkaar over na te denken.”
Welk boek, welke serie, film of welke podcast raad je collega’s aan?
“Ik luister regelmatig naar ‘De Ongelooflijke Podcast’. Wat ik interessant vind is dat ze daarin een scala aan gasten ontvangen en dat de gesprekken – of je nu atheïst bent of overtuigd christen – er in alle openheid en altijd met respect plaatsvinden. Dat raakt aan de wereld waarin ik werk, namelijk dat we er als krijgsmachtpredikaten willen zijn voor álle militairen die aan onze zorg zijn toevertrouwd, ongeacht hun godsdienst. In dit werk wordt van je verwacht dat je een grote openheid hebt naar mensen met verschillende levensbeschouwingen en een respectvol gesprek met hen kunt aangaan. Dat herken ik in de bijdragen in deze podcast.”
Is er een bijbeltekst die met je meegaat?
“Dat is de tekst uit Micha 6:8: ‘Er is jou, mens, gezegd wat goed is, je weet wat de HEER van je wil: niets anders dan recht te doen, trouw te betrachten en nederig de weg te gaan van je God.’ Alles begint met recht doen, trouw zijn en liefhebben. Kortom, met hoe je in het leven staat. Het is geen hoogdravend streven, maar heel concreet is beschreven over hoe jij met de mensen in je omgeving moet omgaan. Het begint allemaal met het goede zoeken in het alledaagse leven.”
Wat hoop je voor de toekomst van de kerk?
“Dat de kerk een pleisterplaats is, een vluchtheuvel van inspiratie en bemoediging. Ik denk dat ze een plek mag zijn waarin een andere taal gebezigd wordt dan je op televisie of op straat hoort. Een plaats waar een ander perspectief wordt aangereikt, ook voor de mensen van nu. Hoewel de kerk op veel plaatsen krimpt, hoop ik toch dat ze die ontmoetingsplek kan blijven waar het andere verhaal – dat ons uittilt boven het alledaagse – gehoord kan blijven worden.”