Samen met zijn vrouw runde hij een winkel op Urk, maar na een ziekbed gooide hij het roer om. Jongerenpastor Sjoerd Bakker (1982) werkt op Urk, en is graag creatief bezig rond het evangelie. "Het is mooi dat ik binnen mag komen met Gods boodschap.”
- opleiding hbo-theologie (GL en GPW), daarna de minor Kerk in Uitvoering om als kerkelijk werker geregistreerd te kunnen worden
- jongerenpastor in de Gereformeerde Kerk Urk, en godsdienstdocent op het Emelwerda College in Emmeloord
- voelt zich verwant met het behoudende deel van de Protestantse Kerk
Hoe ervaar je je roeping?
“Als bijzonder. Ik had op Urk een winkel met mijn vrouw. Toen ik 27 was, ben ik ziek geworden. Ik besefte toen dat ik mijn leven niet bevredigend vond. Ik ben hbo-theologie gaan studeren. De jeugd trok mij, maar ik ben geen predikant; ik ben praktisch, creatief, een doener. Toen ik jeugdwerker was in Meppel, kwamen op een gegeven moment twee jeugdouderlingen van de Gereformeerde Kerk Urk bij mij aan de deur. Zij wilden dat ik een profielschets voor een jeugdwerker op Urk zou maken. Ik merkte dat ik deze voor mezelf aan het schrijven was, ik voelde me geroepen om op Urk aan de slag te gaan. Ik was een van de zeven sollicitanten en ben hier terechtgekomen. Ik zie dat als Gods leiding. Urk is op bepaalde vlakken altijd een eiland gebleven. Ik heb het voordeel dat ik ‘een van hen’ ben.”
Wat heb je nodig om met vrucht en vreugde te werken?
“Zien dat jongeren zich gezien en gehoord voelen, zich onderdeel van de kerk weten. We hebben hier 5000 leden, waarvan 1750 jongeren. Ik geef elke week catechisatie aan een paar honderd jongeren, samen met een enorme club mentoren, ondersteund door 15 jeugdouderlingen. Ik heb het verlangen om te zaaien: soms zie ik een groen sprietje dat bovenkomt. Dan denk ik: dank U Vader, dat U mij wilt gebruiken om te zaaien, te schoffelen en te bewateren. Zien dat God bezig is in het leven van een jongere geeft mij energie en kracht.”
Hoe zorg je ervoor dat je niet opbrandt?
“Door mezelf te blijven voeden, het gevoel hebben dat ik het niet alleen hoef te doen. Maar dan moet ik Hem wel opzoeken, in woord en gebed. Voor mij is stille tijd belangrijk, en dat kan ook op de fiets van Urk naar Emmeloord. Daarnaast pak ik mijn momentjes door er even uit te gaan. Ik gids bijvoorbeeld groepen gemeenteleden in Israël en Rome. Dat geeft enorm veel! Met gemeenteleden in gesprek gaan over het geloof laadt mijn batterij weer op.”
Welk onderdeel van je werk doe je het liefst?
“Ik ben een verhalenverteller. Het is mooi dat ik binnen mag komen met Gods boodschap. Dat kan op de Karmel in Israël zijn, maar ook bij de paaswake om 7.00 uur ‘s ochtends voor duizend Urkers. Ik ben graag creatief bezig met het evangelie in activiteiten, toneel, vlogs, filmpjes. Maar het persoonlijke gesprek in het pastoraat, voelend dat Hij erbij is, is toch wel het meest bijzondere.”
Met wie zou je graag een keer aan tafel zitten?
“Mag Jezus ook? Als ik met Hem aan tafel zou zitten, zou ik waarschijnlijk met stomheid geslagen zijn en geen woord uit kunnen brengen. Wie ben ik dat ik met Hem aan tafel zou mogen zitten? Maar ik heb een diep verlangen om Hem te ontmoeten. We leven er toch naartoe om met Hem aan het bruiloftsmaal te zitten. We zijn nu onderweg, maar het beste moet nog komen.”
Hoe zie je de rol van de kerk in de samenleving, en jouw rol daarin?
“We zijn als christenen vandaag de dag zo stil en we staan voor spannende tijden. We moeten als kerk meer participeren in de samenleving. Op Urk doen we dat bijvoorbeeld met laagdrempelige activiteiten, online en reallife. Afgelopen december organiseerde ik een citytrip naar de kerstmarkt in Münster. Er gingen ook mensen mee die niet in de kerk komen. Onderweg in de bus zingen en bidden we.”
Welk boek, welke film of podcast raad je collega’s aan?
“Op mijn spreektafel in de kerk ligt het boek De jongen, de mol, de vos en het paard van Charlie Mackesy, in een vertaling van Arthur Japin. Het vertelt over een reis. Er komen zulke mooie zinnen in voor, die zouden zo uit de Bijbel kunnen komen. Ik kan ze zo gebruiken in het pastoraat.”
Is er een bijbeltekst die met je meegaat?
“Toen ik begon was dat Jozua 1:9 die mij laat zien dat ik het niet alleen hoef te doen. Het is ook Johannes 3:16, de kern van het christelijk geloof. Die tekst is in een wordcloud op de muur van mijn ruimte in de kerk geschreven. Er stond een spelfout in, het woord eeuwig was zonder u geschreven. Voor mij gaf die fout een mooie aanleiding voor gesprek: zonder u is er geen eeuwig leven. Maar de fout is inmiddels gerestaureerd. Eigenlijk jammer.”
Wat hoop je voor de toekomst van de kerk?
“Dat steeds meer mensen mogen horen wie Jezus is. Ik hoop op een opwekking, dat mensen Jezus willen verkondigen. Dat is onze opdracht en missie.”
Lees meer in de serie over het ambt: