Mag een protestantse gemeente geld van de diaconie gebruiken voor het algemene werk van de gemeente? Volgens een nieuwe richtlijn mag dat in sommige gevallen, maar alleen met toestemming van de classis en het CCBB. In dit artikel lees je hoe zo'n aanvraag wordt beoordeeld.
In sommige gemeenten speelt de vraag: mogen we (een deel van) het diaconale geld gebruiken voor het gemeentewerk? Zeker als de diaconie genoeg geld heeft, maar de gemeente zelf krap bij kas zit, kan dit een actuele vraag zijn.
Het korte antwoord: ja, maar alleen onder voorwaarden. Het mag dus wel, maar alleen in bijzondere gevallen én met toestemming. Volgens de kerkorde moet er eerst een zorgvuldige afweging plaatsvinden.
Hoe werkt de aanvraag?
De kerkenraad en de diaconie dienen samen een verzoek in bij het Breed Moderamen van de Classicale Vergadering (BMCV). Dit orgaan overlegt hierover met het Classicaal College voor de Behandeling van Beheerszaken (CCBB). Samen kijken zij of het verzoek terecht is.
Waar letten ze op?
- Een inhoudelijke beoordeling is de eerste stap: Gaat het echt om het overhevelen van geld? Waarom is dat nodig? En past dit binnen de plannen van de gemeente en de diaconie?
- Financiële situatie: Als er inderdaad geld wordt overgeheveld, volgt de tweede stap omdat duidelijk moet zijn dat het diaconaal aandeel van de diaconie in de activiteit goed is onderbouwd.
- Diaconale taak blijft belangrijk: De diaconie moet haar werk – zorgen voor mensen in nood, binnen en buiten de kerk – kunnen blijven doen. Dat mag niet in gevaar komen.
Zoektocht naar balans
Elke aanvraag is maatwerk. Het is belangrijk om een goede balans te vinden tussen het belang van de gemeente en het behoud van het diaconale werk. Het BMCV en het CCBB denken hierin graag mee.
Voor meer informatie over de juiste stappen en overwegingen verwijzen we naar de nieuwe richtlijn:
Download de richtlijn 'Inzet diaconale middelen voor gemeentewerk'